De verschillen tussen feedback en kritiek Feedback begint met een vraag
In mijn vorige blog rondom mijn boek ‘Grip op leren in het VO’ ben ik begonnen met een zoektocht naar de verschillen tussen feedback en kritiek. Ik stelde dat feedback vaker positief is dan negatief en dat ik veel gedoe kan voorkomen door mijn leerlingen tijdig positieve feedback te geven. Vandaag ga ik in op een tweede verschil tussen feedback en kritiek. Waar kritiek meestal gewoon op de ontvanger afgevuurd wordt, begint feedback juist met een vraag.
Verschil 2: Feedback begint meestal met een vraag
Waarschijnlijk herken je dit wel: een over het algemeen ijverige leerling, laten we hem voor het gemak Dani noemen, gooit er vandaag op alle mogelijke manieren met de pet naar. Ik begin met een voorbeeld van een goede leerling, omdat ik het zelf in deze situatie veel makkelijker vind om te starten met een vraag. Mijn tussenkopje klopt trouwens niet helemaal, want ik begin met te benoemen wat ik zie, maar direct daarna stel ik wel een vraag.
Ik: "Hé Dani, het lijkt erop dat het vandaag niet lukt met je schoolwerk. Zie ik dat goed?"
Dani: "Ja, dat klopt".
Ik: "Vorige les ging het anders nog prima. Wat maakt dat het vandaag niet wil?"
En nu kan Dani op honderd verschillende manieren reageren, maar ik heb ondertussen wel bereikt dat hij zich gehoord en gezien voelt. Vervolgens kunnen we samen op zoek naar wat hij nodig heeft om weer verder te kunnen met zijn leerdoelen.
Stel ook vragen aan minder ijverige leerlingen
Nu een voorbeeld van een iets minder ijverige leerling. Ik noem haar voor het gemak even Louise. Ze lijkt een hekel aan mijn vak te hebben (aan élk vak behalve kunst en gym) en vindt school überhaupt niet leuk, behalve voor de sociale contacten. Daar investeert ze dus ook volop in, maar ondertussen moet ze ook bepaalde leerdoelen halen…
Bij dergelijke leerlingen moet ik zelf altijd voorzichtig zijn. Mijn eerste neiging is haar iets toe te roepen van: ‘Omdraaien, mond houden en aan het werk!’. Toch doe ik vandaag extra mijn best en besluit ik met een vraag te beginnen.
Ik: ‘Ha Louise, het valt me op dat je vandaag vrij veel aan het praten bent met Kirsten en Eva. Zie ik dat goed?’
Louise: ‘Ja, ik moet een beetje de sociale contacten bijhouden. Kirsten zie ik alleen bij Frans…’
Ik: ‘En hoe staat het eigenlijk met de leerdoelen? Hoever ben je daar mee?’
Louise: ‘Eh, goeie vraag, meneer. Ik ben al bij opdracht…’
Ik: ‘Ik had gehoopt dat je al verder zou zijn. Wat heb je nodig om meer te kunnen doen in één les?’
Hier heb ik ook weer legio mogelijkheden voor een vervolg. De kans dat Louise meteen na mijn vraag haar gedrag gaat aanpassen is vrij klein. Toch heb ik haar wel op een niet al te aanvallende manier laten nadenken over het effect van haar kletsen op het behalen van de leerdoelen. De gedragsverandering die ik daarna graag wil zien, bespreek ik in mijn volgende blog.