Hoe krijg je een leerling weer in de leerstand?
Gewoon dwingen en ondertussen het oude Romeinse motto ‘disce aut discede’ (‘leer of rot op’) roepen klinkt een beetje goedkoop, voor zover de leerling al Latijn verstaat. Gelukkig is er ook een vorm van feedback die kan helpen leerlingen weer in de juiste leerstand te krijgen.
Mijn eerste neiging: feedback op inhoud of op aanpak
Als leraar geef je feedback op drie verschillende aspecten van het leerproces: inhoud, aanpak en modus. In mijn boek ‘Grip op leren in het VO’ ga ik uitgebreid in op elk van deze vormen van feedback. In deze blog beperk ik mij even tot feedback op leerhouding. Juist omdat ik deze naar mijn zin zelf nog te weinig inzet. Waarom eigenlijk?
Het is veel makkelijker om feedback te geven op vakinhoud of aanpak. Feedback op leerhouding voelt al gauw een beetje ongemakkelijk, want de leerling zou mijn feedback verkeerd op kunnen vatten. Toch wil ik het wel graag proberen, want… Een goede leerhouding is essentieel!
Een goede leerhouding
De leerhouding van een leerling bepaalt eigenlijk alle andere aspecten van het leren. Staat mijn leerling in de goede leerstand dan kiest hij eerder de juiste aanpak. Ook doet hij het vakinhoudelijk vaak beter, juist omdat hij vanuit die goede leerhouding graag goed werk wil leveren. Een goede leerhouding is dus de basis voor alles wat daarna komt.
Bij feedback op leerhouding gaat het om zaken als:
- Hoe gemotiveerd is de leerling?
- Hoe actief en geconcentreerd werkt hij aan het leerdoel?
- Straalt hij plezier uit?
- Is hij in staat om door te zetten bij tegenslag?
- Wil hij het graag zo goed mogelijk doen?
Zo moeilijk is het nou ook weer niet…
Voorbeelden van feedback
Positieve feedback op leerhouding is niet zo moeilijk. Ik kan een leerling bijvoorbeeld complimenteren als hij ijverig is, of als hij met plezier of geconcentreerd bezig is met een leertaak. Als ik niet wil storen tijdens de les, doe ik dat gewoon direct erna.
En als de leerling nou niet de goede leerhouding heeft? Dan benoem ik meestal wat ik zie, maar wel in redelijk voorzichtige bewoordingen zoals: ‘het lijkt erop dat je er vandaag niet zoveel zin in hebt, hoe komt dat?’, of ‘je lijkt dit onderdeel nogal moeilijk te vinden, klopt dat?’ Daarna kan ik in gesprek gaan over zaken als ijver, concentratie en motivatie.
En ‘disce aut discede’? Dat bewaar ik voor als ik écht alle vormen van feedback al geprobeerd heb.